Ik voel mijn kut samentrekken. Met een van pijn vertrokken spasme. Ondenkbaar, want ik ben een man. Wel invoelbaar.
Verbijsterd kijk ik naar het acht uur journaal. Waarin verslag wordt gedaan van de biecht van Johan Derksen. Hij heeft, vijftig jaar geleden, op 24 jarige leeftijd een vrouw die bewusteloos was gepenetreerd met een kaars. Smeuïg dist hij deze anekdote op met schuivende en duwende handgebaren. Zijn tafelgenoten in de talkshow gieren het uit van het lachen. Ze vragen hem zelfs of hij de kaars nog heeft aangestoken. Derksen doet zijn daad lacherig af als een jeugdzonde. De infantiel vergeet even dat hij deze jeugdzonde begaan heeft op een volwassen leeftijd.
Ik realiseer mij dat deze heren uit hetzelfde hout zijn gesneden als de heren in een ander item van deze journaaluitzending. Soldaten in Syrië. Die onder het bewind van Assad burgers, waaronder kinderen, vermoorden en in een massagraf dumpen. Ook zij vergezellen hun handelen met luid gejoel.
Op de uitvaart van dit soort heren zou ik de kaars die Derksen gebruikte graag willen aansteken. Niet om hen te gedenken. Maar om hun slachtoffers te gedenken.
28-04-2022
roboodt