Sta ik in de file zie ik in mijn binnenspiegel dat Allie hevig op en neer wipt en zijn gordel heeft losgemaakt. Hij zit helemaal achterin. Om bij hem te komen zal ik eerst Marietje in de berm moeten zetten, daarna mij in allerlei bochten moeten wringen om over hem heen de riem weer vast te maken. Lijkt mij niet zo veilig. Als we weer stil staan stap ik uit, loop naar achteren en doe de achterklep open. Ik kan door mij uit te strekken en half naar binnen te klimmen de riem weer vast maken.
Zodra ik Pietje, die voorin zit, thuis heb afgeleverd doe ik een stoelendans. Marietje er uit, Allie voorin, en Marietje weer op haar plek terug. Ben ik Marietje haar riem aan het vastklikken hoor ik ineens een andere radiozender. Ook heeft hij aan alle knoppen van het ventilatiesysteem gedraaid, zijn laarzen uitgedaan, zijn zooltjes door de auto gelanceerd, het dekje van zijn stoeltje losgetrokken en op de grond gegooid. GRR, GRR…
De Skoda heeft nog buitenspiegels met handeltjes. Elke keer als Allie voorin heeft gezeten kan ik de rechterspiegel opnieuw afstellen. Als ik hem weer eens moet terug fluiten voel ik mij altijd een politieagent.
Soms fluiten ze terug. Laatst hadden de kinderen een oranje scheidsrechterfluitje als verjaardag traktatie gekregen. De groepsleidsters hadden mij helaas niet gewaarschuwd. Opeens klonk vlak achter mij een hard hoog snerpend fluitje. Pas de volgende morgen was de piep uit mijn oren verdwenen.
Bij mijn volgende functioneringsgesprek toch maar eens voorzichtig beginnen over gevarengeld.